4.1 Meer bouwen
Onze keuzes:
Afschaffen verhuurderheffing
De verhuurderheffing is een belasting op betaalbare huurwoningen van 2 miljard euro per jaar. Deze belasting zorgt ervoor dat er minder wordt gebouwd en geïnvesteerd in woningen die nu keihard nodig zijn. De verhuurderheffing willen we daarom afschaffen voor woningcorporaties die investeren in nieuwbouw, verduurzaming en betaalbare huren. We zonderen woningcorporaties uit van de winstbelasting en de ATAD-richtlijn. Daardoor kunnen jaarlijks duizenden betaalbare woningen worden gebouwd.
Investeringsfonds voor Leefbaarheid en Bouw
Naast het afschaffen van de verhuurderheffing willen we investeren. Met een Investeringsfonds voor Leefbaarheid en Bouw bouwen we sneller meer woningen en investeren we in de leefbaarheid van wijken en buurten. Dat kan op verschillende manieren. Gemeenten krijgen een toelage per extra woning die voor 2025 wordt gebouwd. We willen investeren in het behoud van voorzieningen in krimpgebieden. Binnen steden willen we extra investeren in de leefbaarheid van gebieden waar de sociale samenhang onder druk staat, zoals Parkstad, Den Haag Zuidwest, Rotterdam-Zuid, Tilburg, Arnhem, Leeuwarden en Schiedam.
Bouwgarantie tijdens crisis
Om te voorkomen dat de bouw instort tijdens de crisis, stelt de overheid zich zolang de woningnood duurt garant voor de verkoop van zeventig procent van de nieuwbouwwoningen. Met deze bouwgarantie kunnen ontwikkelaars financiering krijgen en doorbouwen.
Onteigening speculanten
Speculanten houden vaak nieuwbouw tegen, omdat langer wachten hen meer winst oplevert. Grote projecten komen door de versnippering niet van de grond. Daarom voeren we een bouw- en ontwikkelplicht in. Na aankoop van grond wordt binnen een bepaalde termijn ook daadwerkelijk gebouwd. Niet nakomen betekent een boete en uiteindelijk onteigening.
Een planbatenheffing
In de huidige situatie is het zo dat speculanten recht hebben op ‘planschade’ als zij door gewijzigde gemeenteplannen schade ondervinden. Stijgt de waarde van hun grond door de nieuwe gemeenteplannen, dan zijn alle baten voor de speculant. Met andere woorden: Het verlies kan bij de gemeente worden geclaimd, maar de winst houden speculanten zelf. Dat moet anders. Met een planbatenheffing is de winst niet meer voor de speculant, maar voor de gemeenschap. Op deze manier kunnen gemeenten meer woningen realiseren en gaat speculatie minder lonen.
Een Ministerie van Volkshuisvesting & Ruimtelijke Ordening en Milieu
Door als overheid zelf te investeren en gemeenten en woningcorporaties meer middelen te geven om te bouwen, kunnen er ook ambitieuzere en bindende afspraken komen tussen Rijk, provincies, gemeenten, marktpartijen en woningcorporaties. Met de Tweede Kamer stelt het Rijk een meerjarig woningbouwprogramma vast van jaarlijks minimaal 100.000 woningen. Dit wordt – per regio uitgesplitst – opgenomen in de Nationale Omgevingsvisie. De Rijksoverheid kan daarbij verder met gemeenten afspraken maken over het opnemen van een minimumpercentage betaalbare huurwoningen in bestemmingsplannen, analoog aan de prestatieafspraken die gemeenten met corporaties maken over sociale huur.
Niemand slaapt op straat
Het aantal mensen dat noodgedwongen op straat slaapt, is de afgelopen jaren enorm gestegen. We realiseren meer opvanglocaties om dakloosheid aan te pakken. Ook zorgen we ervoor dat mensen als eerste een dak boven het hoofd krijgen (Housing First) en krijgen ze meer begeleiding zodat ze weer zelfstandig kunnen wonen.
We maken samenwonen makkelijker
Beschermde woongroepen voor kwetsbare groepen
Niet iedereen kan zelfstandig wonen. Daarom ondersteunen we (kleinschalige) beschermde woonvormen voor kwetsbare groepen. We werken samen met woningcorporaties. Het aanbod van woningen waar het eenvoudiger is om wonen, welzijn en zorg te combineren gaat omhoog. We investeren in goede (gemeenschappelijke) ruimtes, bijvoorbeeld om zorg te verlenen of elkaar te ontmoeten. Gemeenten nemen in hun woonvisies een verplicht aantal ouderenwoningen op. Ook komen er meer mantelzorgwoningen en pre-mantelzorgwoningen; het wordt eenvoudiger om deze samen te kopen, ook als je geen partner van elkaar bent (zie hoofdstuk 2 over zorg). Er komt meer aandacht en ondersteuning voor alternatieve woonvormen voor ouderen. Knarrenhofjes zijn een mooi idee dat stimulans verdient. Gemeenten, woningbouwcorporaties en sociale projectontwikkelaars maken in samenspraak met ouderen en mensen met beperkingen per wijk of dorp programma’s voor de bouw van levensloopbestendige woningen (huur en koop), woon-zorgcomplexen en aanpassing van bestaande woningen, inclusief bijbehorende gemeenschappelijke voorzieningen. De ministers van VWS, Volkshuisvesting en de provincie zien toe op de uitvoering van deze plannen en ondersteunen de bouw en aanpassing via regelgeving en subsidies.
Actief grondbeleid
Om de bouw van voldoende woningen te bevorderen, voert de overheid een actief grondbeleid. Private grondeigenaren kunnen op vrijwillige basis hun grond overdragen aan de overheid. Daardoor profiteert de hele samenleving van waardestijgingen, niet alleen de grondeigenaren. Bovendien kan de overheid zo de bouw versnellen, huizen betaalbaar maken door de grond te verhuren aan kopers en eisen stellen aan de hoogte van de huur.
Aanpak stikstof
De stikstofproblemen mogen er niet voor zorgen dat de woningnood verder oploopt. Bouwprojecten krijgen voorrang boven industrie en snelwegen. We leggen in de Wet Natuurbescherming een emissiereductie van 50 procent voor 2030 vast. Om dit te bereiken investeren wij extra in natuurherstel, introduceren we een belasting voor de industrie op de uitstoot van stikstof (naar Deens voorbeeld) en voeren we een actief uitkoopbeleid voor veehouderijen in natuurgebieden (zie hoofdstuk 5). Daarnaast komt er een aflopende subsidie voor de bouw om te zorgen dat de emissies van bouwprojecten over een langere periode worden afgebouwd.
Portret: Patty, 40 jaar
4.2 Betaalbare huren
Onze keuzes:
Huren bevriezen tijdens crisis
Veel mensen verliezen hun baan en inkomen door de coronacrisis. Verhuurders blijven de huren intussen verhogen. De huur dreigt zo onbetaalbaar te worden. Daarom bevriezen we de huren zolang de crisis duurt. Dat betekent dat alle huren in Nederland niet stijgen boven het niveau van de inflatie. Woningcorporaties krijgen hiervoor compensatie.
Zekerheid over huursubsidie
Veel mensen kunnen de huur niet of nauwelijks betalen. Bijna de helft van de huurders in de vrije sector is veertig procent van het maandelijkse inkomen kwijt aan de huur. Een vijfde is zelfs ruim de helft van het inkomen kwijt aan woonlasten. Dit leidt tot armoede, schuldenproblemen en een sober leven. Hieraan maken we een einde, net als aan de onzekerheid over het terugbetalen van de huurtoeslag. Zoals bij de voormalige huursubsidie baseren we de ondersteuning op basis van het inkomen van het jaar ervoor, zodat er zekerheid is over de huursubsidie. Voor mensen wiens inkomen daalt, is er een vangnet. De huurverhogingen in de sociale huursector worden beperkt. In de vrije sector worden de huren streng gereguleerd.
Sterkere huurbescherming en lagere huren
De afgelopen jaren zijn de huren fors gestegen, soms met meer dan tien procent per jaar: onbetaalbaar voor mensen met een gewoon inkomen. Woningnood mag geen verdienmodel zijn voor grote beleggers. We gaan de huurbescherming versterken en de vrije sector aan banden leggen. Daarom zorgen we voor eerlijke huren in de vrije sector en perken we de macht van beleggers en pandjesbazen in. Onze initiatiefwet om huren in de vrije sector te reguleren wordt per direct ingevoerd. Door het woningwaarderingsstelsel uit te breiden naar de vrije sector en de werking van de WOZ-waarde daarin te beperken, worden de huren fors lager.. Huurders in de vrije sector kunnen ook terecht bij de Huurcommissie, die meer budget krijgt.
Een ‘Prins Bernhard’-belasting: pandjesbazen uit het fiscale paradijs
Woningen zijn om in te wonen, niet om te verzamelen. Niemand heeft 150 woningen nodig. Maar als belegger in vastgoed ben je spekkoper. Door het boxenstelsel betaal je veel minder belasting over inkomen uit huur dan inkomen uit werk. Met een ‘Prins Bernhard’-belasting worden pandjesbazen die vijf panden of meer bezitten verplicht om netjes inkomstenbelasting te betalen over de huurinkomsten en vermogenswinsten. Om te voorkomen dat beleggers woningen opkopen maken we een woonplicht of een opkoopbescherming mogelijk voor gemeenten.
Sociale huurkoop
Vaste huurovereenkomsten worden de norm
Steeds meer verhuurders werken met tijdelijke contracten. Daardoor kunnen ze de huren makkelijker verhogen. Mensen leven in grote onzekerheid: heb ik volgend jaar nog wel een thuis? Sommige huurders zijn al tientallen keren verhuisd. Daarom schaffen we algemene tijdelijke huurcontracten af.
Huisjesmelkers pakken we aan
Nog steeds buiten huisjesmelkers mensen uit door stelselmatig te hoge huren vragen. Dat beboeten wij. In de studentensteden komt er een verhuurdersvergunning naar Gronings voorbeeld. Als verhuurders te hoge huren vragen, mensen intimideren of discrimineren, wordt hun vergunning ingetrokken en mogen ze geen huur meer in rekening brengen. Voor de huurder blijft woonruimte beschikbaar. Om huurders te helpen, bevorderen we huurteams in steden met veel studenten.
Huurders helpen als corporaties in de knel zitten
Huurders van bijvoorbeeld Vestia zijn de dupe van fouten uit het verleden. Hun huizen worden slecht onderhouden, en de huren stijgen sterk. Het Rijk ondersteunt corporaties als Vestia financieel. Daarmee stopt de uitverkoop van sociale huurwoningen, blijven de huren betaalbaar en kan er weer onderhoud worden gepleegd.
Inspraak voor huurders
4.3 Betaalbare koopwoningen
Onze keuzes:
Starters helpen met premiewoningen
We helpen starters met een kooppremie voor een eerste nieuwbouwwoning. Als ze de woning weer verkopen, gebruiken ze de winst om een deel terug te betalen aan de overheid. Tegelijkertijd schaffen we de schenkingsvrijstelling van een ton voor het eigen huis af. Zo zorgen we dat alle starters een eerlijke kans maken op een huis, en niet alleen mensen met rijke ouders.
Overdrachtsbelasting voor starters omlaag, voor beleggers omhoog
Nu worden starters vaak overboden door beleggers. We kunnen starters helpen door de overdrachtsbelasting af te schaffen. Het kopen van een woning wordt daardoor goedkoper voor starters. Voor particulieren die een tweede woning kopen wordt de belasting verhoogd.
Illegale verhuur Airbnb aanpakken
Veel beleggers verhuren woningen permanent via platforms als Airbnb. Wijken worden overspoeld door toeristen, en de huren en huizenprijzen stijgen. Gemeenten krijgen de mogelijkheid de verhuur aan te pakken met vergunningen: zij kunnen kiezen of en zo ja in welke wijken verhuur van woningen aan toeristen is toegestaan. Zo komen er meer betaalbare woningen beschikbaar voor starters of huurders. Platforms krijgen een boete als ze niet helpen handhaven.
Hypotheekrenteaftrek en eigenwoningforfait
De hypotheekrenteaftrek wordt langzaam afgebouwd. Daar nemen we ruim de tijd voor. Het is nu een goed moment, omdat de hypotheekrente laag is. We verlagen tegelijkertijd het eigenwoningforfait. Het wordt weer mogelijk om tot 50 procent van de hypotheek af te lossen om te voorkomen dat er te veel geld vast gaat zitten in het eigen huis. De betalingstermijn voor hypotheken verlengen we van 30 naar 40 jaar. De maandlasten kunnen hierdoor zelfs lager zijn.
Hypotheek en studieschuld
4.4 Gemengde en leefbare wijken
Onze keuzes:
Meer toegang tot betaalbare woningen
De hoge huren jagen leraren, politieagenten en verpleegkundigen de steden uit, terwijl ze daar keihard nodig zijn. Daarom wordt de inkomensgrens sociale huurwoningen voor eenpersoonshuishoudens verhoogd naar 44.000 euro en wordt de maximale inkomensgrens voor sociale huurwoningen verhoogd naar 60.000 euro. Zo krijgen meer mensen toegang tot betaalbare woningen.
Stop de uitverkoop van betaalbare woningen
Noodgedwongen verkopen woningcorporaties veel betaalbare woningen aan beleggers. Die woningen willen we juist betaalbaar houden. In de wet leggen we daarom vast dat het totale aantal sociale huurwoningen per gemeente niet mag dalen. Daarnaast reserveren we bij nieuwbouw minimaal veertig procent voor sociale huur.
Gemengde wijken
Nederland mag trots zijn op onze traditie van gemengde wijken. Toch worden de tegenstellingen groter. Daarom krijgen corporaties meer ruimte om gemengd te bouwen, in maatschappelijk vastgoed te investeren en meer mensen te huisvesten. De marktverkenning (waarbij eerst moest worden gekeken of er door marktpartijen kan worden gebouwd) wordt dus afgeschaft en de norm voor passend toewijzen versoepeld tot 75 procent zodat corporaties meer ruimte krijgen om bredere groepen in aanmerking te laten komen voor hun woningen.
Investeren in leefbare wijken
Met een grootschalige wijkenaanpak investeren we in goede woningen en goede voorzieningen. In de traditie van het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV), de Vogelaargelden, het Nationaal Programma Rotterdam-Zuid en de regiodeals trekken we honderden miljoenen uit om wijken op te knappen en leefbaar te houden. Niet alleen in de Randstad maar ook in de regio. Het gaat hierbij niet alleen om stenen, maar ook om goed onderwijs, perspectief op werk, veiligheid op straat, het aanbod van cultuur, groen en betrokkenheid van de bewoners. Woningcorporaties mogen weer bijdragen aan de leefbaarheid en krijgen daar ook de ruimte voor.
Gezonde woningen
Veel mensen worden ziek van hun woning. Nog steeds hebben 200.000 woningen giftige loden leidingen. Een half miljoen woningen kampt met schimmel. Wij willen woningen die goed geïsoleerd en goed onderhouden zijn, woningen waar je je veilig kunt voelen. Verhuurders worden gedwongen huizen op te knappen.
Wooncoöperaties stimuleren
Met wooncoöperaties zijn bewoners zelf verantwoordelijk voor beheer en onderhoud van hun woningen. Het is een nieuw alternatief voor huren of kopen. We stimuleren wooncoöperaties door belemmeringen weg te nemen. Leningen zijn deels gegarandeerd door de introductie van een zogeheten revolverend fonds naar Zwitsers model.
Het recht om een gebouw of plek met maatschappelijke waarde over te nemen
In veel wijken dreigen buurthuizen, voetbalveldjes en oude schoolgebouwen te worden opgekocht door de hoogste bieder. Bij veel van dit soort plekken gaat de publieke waarde van zo’n plek verloren. Daarom willen wij de lokale gemeenschappen, vrijwilligersorganisaties en buurten het recht geven om een gebouw of plek met maatschappelijke waarde over te nemen.
Discriminatie door verhuurders en makelaars is onacceptabel
4.5 Ruimtelijke ordening, groei- en krimpregio’s (stad/land)
Onze keuzes:
Investeren in voorzieningen
Krimpgebieden hebben het zwaar. Mensen vertrekken uit deze regio’s en voorzieningen als scholen, winkels, zorg, veiligheid en openbaar vervoer staan onder druk. Daarom investeren wij om voorzieningen in krimpregio’s op peil te houden en te zorgen voor vitale en leefbare steden. In groeiregio’s komt extra geld beschikbaar zodat daar de voorzieningen de groei kunnen bijbenen. Dit wordt gebruikt voor bijvoorbeeld het versneld bouwen van studentenwoningen of de aanleg van fietsvoorzieningen. Wij leggen bij wet vast om welke minimumvoorzieningen het gaat, zoals bijvoorbeeld mobiele bereikbaarheid. Het is onverteerbaar dat er dorpen zijn in Nederland waar je op straat geen 112 kunt bellen omdat er geen bereik is.
Provinciefinanciën
Er bestaan grote verschillen in de financiële positie van provincies. Dit betekent dat ‘armere’ provincies, zoals Zeeland en Flevoland, per hoofd van de bevolking veel minder kunnen investeren in OV, de energietransitie en cultuur. Wij onderzoeken hoe dit recht te trekken.
Goed openbaar vervoer
Om te zorgen dat heel Nederland goed bereikbaar is en niemand gedwongen hoeft te verhuizen is goed openbaar vervoer essentieel. Daarom willen we stad en platteland goed met elkaar verbinden. Verder komen er goede fietspaden, wegen en openbaar vervoer voordat een nieuwbouwwijk klaar is. Ook buiten de stad investeren we in hoogwaardige verbindingen (zie hoofdstuk 5).
Aanpak leegstand maatschappelijk vastgoed
Nederland heeft te maken met leegstand in schoolgebouwen, buurt- en dorpshuizen en cultuurvoorzieningen. In krimpregio’s is dit probleem vaak groter, terwijl op deze plekken behoefte is aan een ander type voorziening. Oude voorzieningen moeten een nieuwe bestemming krijgen die bijdraagt aan de plek waar ze staan.
Erfgoed in de regio
Erfgoed in de regio. Boerderijen, molens, kerken, industrieel- en maritiem erfgoed en landschappen bepalen de uitstraling en identiteit van een gebied. We investeren in regionaal erfgoed, en houden rekening met erfgoed bij de bouw van woningen, de aanleg van wegen of als we investeren in schone energie.
Erfgoedvisie
Om ons Nederlands erfgoed in de toekomst te behouden zijn visies en financiële middelen nodig. Wij zetten in op een landelijke erfgoedvisie, waardoor molens, kerken en ander beeldbepalend erfgoed ook voor toekomstige generaties behouden blijft.
Inwoners Groningen verdienen doorbraak
We willen dat er eindelijk recht wordt gedaan aan het leed van de inwoners van het aardbevingsgebied. Leed dat sinds de aardbeving in Huizinge in 2012 tot op de dag van vandaag voortduurt. Daarom komen we met een crisisaanpak die bestaat uit vier delen:
- Er komt een Herstelwet Groningen. Deze wet naar analogie van de wijkaanpak van Jan Schaefer biedt gemeenten de mogelijkheid wijk- en dorpsvernieuwingsprojecten uit te voeren. Gemeenten krijgen financiële ondersteuning en zijn daarop aanspreekbaar. De provincie ondersteunt en coördineert de bovenwettelijke taken. Schade en versterking worden nu nog gescheiden behandeld, maar horen bij elkaar. Op basis van de Herstelwet Groningen wordt per straat, wijk en dorp een toekomstplan gemaakt waarbij de keuzes van de inwoners leidend zijn. Dat wordt wettelijk geborgd.
- Oprichting van een Herstelfonds Groningen voor wijkvernieuwing en leefbaarheid van 10 miljard euro. Hieruit wordt de wijkvernieuwing gefinancierd. Het fonds staat los van ander, economische projecten. Schade en versterking van alle gebouwen, dus ook boerderijen, monumenten en molens worden door dit fonds betaald. Gemeentebestuurders zijn verantwoordelijk voor de besteding van de middelen. Zij leggen verantwoording af aan de gemeenteraad. Eigenaren van gebouwen bepalen met de raad wat er aan de gebouwen moet gebeuren. Monumenten en beeldbepalende gebouwen die de ziel van het gebied zijn worden behouden. Waardedaling wordt vergoed op basis van de hoogste schatting van de twee in omloop zijnde modellen (methode minister of methode De Kam). De NAM heeft niets meer te zeggen. Het Rijk verhaalt de kosten van het fonds maximaal op de NAM. Bij tegenwerking procederen we door tot aan de hoogste rechter.
- Toekomstperspectief bieden. Er is voor miljarden winst behaald uit de gaswinning, terwijl investeringen achterbleven. Daarom wordt naast het fonds voor wijkvernieuwing en leefbaarheid geïnvesteerd in de sociaaleconomische toekomst van Groningen. Bestrijding van ongelijkheid, investeren in een duurzame economie en het scheppen van werkgelegenheid vormen daaronder de pijlers.
Er wordt verantwoording afgelegd. Er komt een breed opgezette parlementaire enquête, het zwaarste middel dat de Tweede Kamer kan inzetten om haar controlerende taak uit te oefenen. Zij doet onderzoek naar de periode vanaf 1960 tot heden. Naar de rol van de oliebedrijven, de overheid, toezichthouder en politiek. Naar het onverdedigbare besluit om 53 miljard kuub te winnen in 2013 en het mislukken van de schadeafhandeling en versterking en de rol van de NAM daarbij. Ook de financiële afspraken tussen het Rijk en de oliebedrijven worden geanalyseerd. Over al deze zaken wordt onder ede verantwoording afgelegd.