Verhalen

Jan Beugel

Bij de gemeenteraadsverkiezingen verloor de PvdA veel zetels. In Midden Drenthe werd een opmerkelijke uitslag gerealiseerd. Met zes zetels in de raad handhaafde de partij haar machtsbasis. Waarom? Het geheim is de postbode van Westerbork, Jan Beugel.

Dat de postbode van Westerbork, Jan Beugel (1954), opnieuw raadslid werd in de gemeente Midden Drenthe, dat had niemand voor mogelijk gehouden. Jan Beugel werd door de afdeling van de Partij van de Arbeid op een onverkiesbare negende plaats gezet. Maar tot zijn verrassing besloten drie inwoners van Westerbork enkele dagen voor de verkiezingen tot een eenvoudige actie: met een huis-aan-huis brief riepen zij de bewoners van het dorp op om voor hun postbode te kiezen: met meer dan 600 voorkeursstemmen werd hij verkozen en zorgde bovendien voor een extra zetel in de PvdA fractie.

Jan Beugel glimlacht voorzichtig wanneer hij over de laatste gemeenteraadsverkiezingen vertelt. “Partijgenoten nemen het me kwalijk,” zegt hij aan de keukentafel, “maar ik had er niks mee te maken. Het waren drie dorpsgenoten en niet eens PvdA’ers die voor me zijn gaan actievoeren. Iedereen kent me en iedereen weet me te vinden. Ik ben hier geboren en getogen, een jongen van het dorp, die de taal spreekt van de mensen hier.”

Het is kwart over tien wanneer Jan een kop koffie inschenkt, thuis aan de keukentafel. Hij heeft even koffiepauze. Zoals elke ochtend, behalve op zondag, is hij om kwart over vijf opgestaan en om kwart voor zes begonnen met de krantenwijk. Voor zeven uur ligt bij alle abonnees het Dagblad van het Noorden in de bus en heeft hij zijn eerste ronde door het dorp gemaakt. Daarna vult hij zijn fietstas opnieuw, nu met de poststukken van Sandd. Die eerste ronde Sandd heeft hij net afgerond, tijd voor koffie.

“Ik denk dat de PvdA weinig raadsleden heeft die als postbode beginnen met een krantenwijk en ook nog drager zijn bij de uitvaartvereniging,” zegt hij lachend. “De meeste zijn hoog opgeleid, binnen de PvdA. Dat is een probleem. De PvdA heeft veel te weinig gewone mensen, zoals ik. Als je niet gestudeerd hebt en je woont in Drenthe, dan tel je haast niet mee. Alles is gericht op de Randstad. Echt, die discussie over Zwarte Piet, die speelt hier niet. Het is niet aan de orde; hier is het echt een andere werkelijkheid. Laat meneer Asscher dat goed begrijpen. Westerbork is een mooi dorp, waar mensen veel voor elkaar overhebben. Het ‘zanddorp’ is van oudsher een rooie gemeente en de PvdA maakt sinds mensenheugenis deel uit van de macht. Dus zijn we hier trots op de goede voorzieningen. Maar we raken de gewone mensen hier ook kwijt, de politieman, de onderwijzer, de verpleegster, de arbeiders. Ze worden niet meer gezien en niet meer gehoord. Iedereen wordt ook gek van de bureaucratie, van de schaalvergroting. Gebruik toch gewoon je boerenverstand, zeg ik, hou het eenvoudig. Ik heb me altijd ingezet om kleine dingen voor de mensen op te lossen, te doen wat in je vermogen ligt en uitleggen dat er ook zaken zijn die je niet kunt beïnvloeden. Dat moet je gewoon zeggen. Daarnaast moet je altijd blijven opkomen voor de mensen die tussen wal en schip terecht komen. Maar goed, ik ben maar de postbode.”

Jan Beugel is de oudste van drie broers. Zijn ouders hadden een kleine manufacturenwinkel in het dorp. Ze verkochten stoffen, overhemden, werkkleding en overalls. In het dorp gingen ze naar de lagere school en daarna naar de ULO (Uitgebreid Lager Onderwijs). Het middelbaar onderwijs is intussen uit het dorp verdwenen. De kinderen moeten nu met de bus naar Emmen, 25 kilometer verderop. Na de ULO kon Jan bij de Grontmij aan de slag, in de financiële administratie. De Grontmij was een belangrijk ingenieurs en adviesbedrijf in Nederland, in 1913 opgericht om boeren te helpen bij het ontginnen van ‘woeste gronden’. Het groeide van een kleine firma in Zwolle uit tot een van de grootste bedrijven in de sector, met vele duizenden werknemers, en actief in vele landen, tot in China aan toe. Maar hoogmoed komt voor de val, dat zegt men niet voor niets. Wegens de sterke afhankelijkheid van overheidsopdrachten verloor de Grontmij tijdens de crisis van 2008 snel opdrachten en posities met sanering en ontslagrondes tot gevolg. Ook Jan Beugel werd na 40 jaar in 2010 ontslagen.

“Hij is nooit bij de pakken neer gaan zitten,” vertelt zijn vrouw, later die dag. “We wisten natuurlijk dat het niet goed ging op het bedrijf, maar het kwam echt als een klap. Hij belde me op, aan het einde van de ochtend toen het nieuws bekend werd gemaakt. Maak je geen zorgen zei hij, we zijn gezond en we komen er door. Hij begon onmiddellijk met de krantenwijk. Daarna werd hij postbode bij PostNL.”

Terwijl Jan weer op zijn fiets stapt om na de ronde voor Sandd aan de ronde van PostNL te beginnen, rij ik naar Kamp Westerbork, bij het dorp Hooghalen. Anders dan Kamp Breendonk bij Willebroek, net voorbij Antwerpen en de Dossin kazerne in Mechelen, is het voormalige deportatiekamp uit de Tweede Wereldoorlog in de loop der jaren vrijwel volledig verdwenen. Wat rest is de voormalige houten villa van de kampcommandant, een grote kale vlakte, twee veewagens en een overweldigende stilte bij de 102.000 stenen. Die stenen staan symbool voor al die Joodse burgers en Sinti die vanuit Westerbork in vee wagons per spoor op transport werden gezet naar de vernietigingskampen van de Nazi’s in Duitsland en Polen en daar werden vergast of vermoord. Slechts 5000 Joodse Nederlanders overleefden de oorlog.

De wandeling van het herdenkingscentrum naar het voormalige kamp is een drie kilometer lange en stille tocht door het geweten van de mens, onzeker over de bestemming, onzeker over de weg van het leven, onzeker over macht en onmacht en voor alles struikelend over de vragen: hoe heeft diezelfde mens die ik ben, dit alles kunnen doen? Kan de mens opnieuw in zichzelf het geweten verliezen en aldus, niets ontziend, onderdeel worden van een systeem, van een vernietigend systeem? In de namen van wie hier aankwam en vertrok liggen die vragen besloten.

In de loop van de middag tref ik postbode en raadslid Jan Beugel opnieuw. Hij heeft de ronde gelopen voor PostNL en moet voor het avondeten nog eenmaal het dorp rond, andermaal voor Sandd. “Bij PostNL heb ik een contract voor 16 uur; voor Sandd en de krant word ik op losse basis betaald. Het is niet anders. Ik had er hoop in dat PostNL door Bpost werd overgenomen, door het Belgisch staatsbedrijf. Nu is PostNL in handen van Amerikaanse speculanten en dat is niet goed. Maar ja, de VVD heeft het hierover voor het zeggen.”

Beugel organiseert zijn raadswerk om zijn werk als postbode heen. Hij zoekt bij vraagstukken in de gemeenteraad, welke voor de bewoners van Westerbork van belang zijn, een wisselende groep van 10 tot 15 mensen op, die hij naar hun mening vraagt. Dat biedt tegenwicht tegen de beleidsnota’s. “Zo heb ik het raadswerk geleerd van mijn leermeester Roelof Derks, die ook bij de Grontmij werkte en me bij de PvdA haalde. Ik heb het allemaal van hem geleerd, wees actief en sta tussen de mensen. Je bent er voor hen. Daarom ben ik ook actief in het bestuur van de Zomer en Winteractiviteiten in Westerbork en in het museum voor de Papierknipkunst. Toen ik ontslagen werd, was dat een klap. Maar ik ga niet bij de pakken neerzitten. Dan sta ik om kwart over vijf gewoon op, begin ik met de krantenwijk en voor het avondeten ben ik klaar. Drie banen, een minimuminkomen maar ik ben wel tevreden. Natuurlijk. Kom op. Het is hard werken, maar ik heb elke dag plezier.”

Delen: